carnet de route
 
Men noemde hem ‘Moustache’  
Place de la République  
De eer en de gezondheid van een mens redden  
Tunesische politieke gevangenen  
   
   
Men noemde hem ‘Moustache’  
   
ami Hij ontbrak op geen enkele betoging. Altijd revolterend, aan de kant van mensen zonder papieren of zonder waardig dak boven hun hoofd. In het milieu van de uitgeslotenen was ‘Moustache’ goed bekend, deze strijder tegen elke vorm van onrecht, deze militant van de communistische partij.
Ik zag hem alleen ‘buiten’, op straten en pleinen, tussen betogers, met zijn witte haren en zijn zware snor. Hij was niet te benauwd om de politie, gehelmd en gewapend, en geen pink verroerend, toe te spreken. Voor het eerst zag ik hem nu op een ziekbed, ten prooi aan een kanker die hem vlug geveld heeft. ‘Moustache’ is in vrede gestorven. Hij was niet gelovig, maar in het hart van de armen was er niet weinig plaats voor hem.
 
   
Op het beroemde kerkhof ‘Père Lachaise’ was de wereld van de ‘kleine mens’ aanwezig voor de afscheidsceremonie: Afrikaanse vrouwen uit de voorwijken met hun kinderen, dakloze families, geregulariseerde vreemdelingen die zich ‘Moustache’ herinneren, en veel mensen zonder papieren.  
   
De familie en de nabestaanden worden uitgenodigd om binnen te gaan in het funerarium, terwijl de menigte buiten blijft. Bij de kist zijn nemen de verantwoordelijken van de communistische partij, strijdmakkers en vrienden ontroerd het woord. Men vraagt me iets te zeggen. Ik spreek een woord van hoop uit dat in mij leeft: “Degene die ons hier samenbrengt heeft de anderen nooit de rug toegekeerd. Zijn hele leven strijdend tegen het onrecht heeft ‘Moustache’ een mooie weg afgelegd. Hij heeft de hand van de armen nooit losgelaten. Er bestaat een manier van leven en sterven die niet leidt tot de dood.”  
haute en page  
   
Place de la République  
   
manifestation Dit beroemde plein in Parijs is gewoonlijk de verzamelplaats en het vertrekpunt voor betogingen. Geliefd bij de burgers, want hier is het dat de bevolking graag opkomt voor haar rechten en vrijheden.
 
   
De jacht op mensen zonder papieren is een courante praktijk geworden. De politie houdt een razzia op de Place de la République: 21 mensen-zonder-papieren laten zich oppakken wanneer ze het maal komen ophalen dat door de ‘Restos du Coeur’ wordt bedeeld.  
   
Het is bekend, helaas, dat er geen plaatsen meer zijn waar mensen-zonder-papieren veilig zijn – niet in een kerk waarin ze hun toevlucht zoeken, niet in de school waar hun kinderen schoollopen, niet in het hospitaal waar ze zich laten verzorgen, niet op de Place de la République waar ze een maaltijd nemen. De politie komt overal binnen. Overal verricht ze aanhoudingen.  
   
Op elk moment hebben mensen-zonder-papieren angst. De kinderen zijn bang dat de politie hun ouders zou kunnen aanhouden wanneer ze naar hun werk gaan of de metro nemen.
arrêté par la police
 
   
Onverwijld wordt een bijeenkomst georganiseerd op de Place de la République om dit schandaal aan te klagen: op het moment dat mensen zonder papieren iets eenvoudigs aan het eten zijn, voor sommigen van hen hun enige maaltijd van die dag, profiteert de politie ervan om ze aan te houden. Op de Place de la République!
 
haute en page  
De eer en de gezondheid van een mens redden  
   
Ik kom aan in de Gare de Lyon. Mensen die ik niet ken, maar die me uitgenodigd hebben, verwelkomen me met sympathie. Ze vormen het steuncomité van een hongerstaker (51e dag).  
   
Het gaat om een hoofdsurveillant die in 2003 in conflict is gekomen met de directie van zijn lyceum naar aanleiding van een staking van de surveillanten. Hij heeft zich verzet tegen het feit dat de directie de stakende surveillanten wou vervangen door oudere leerlingen. De sanctie heeft niet lang op zich laten wachten: overplaatsing naar een andere academie.
éducation
 
   
Het steuncomité is verontwaardigd: “Men kan toch iemand die alleen maar koppig het recht verdedigd heeft, niet tot het uiterste blijven drijven. Men steekt de draak met zijn waardigheid als gezinshoofd. Zijn strijd duurt nu al drieëneenhalf jaar!”
Maar er gebeurt niets. Er komt geen enkel teken. De verantwoordelijken zwijgen.
 
   
comité de soutien De metro brengt ons naar de plaats van de betoging. Voor de administratieve rechtbank bevindt zich al veel volk en ook de politie heeft zich ontplooid.
 
   
De media zijn ter plaatse. Ze komen direct naar mij toe en stellen me de banale vraag, die ik overal te horen krijg: “Waarom bent u hier?” – “Ik ben bij jullie omdat de eer en de gezondheid van een mens op het spel staan. De onmenselijke behandeling van Roland, de maatregelen die men tegenover hem getroffen heeft, dat maakt me opstandig. De verantwoordelijke moeten zich dringend laten zien – voor het te laat is.”  
haute en page  
   
Tunesische politieke gevangenen  
   
Men organiseert een steunavond ter ere van hen. Tunesiërs uit de buurt van Parijs zijn in een grote zaal bijeengekomen om hulde te brengen aan de moed en de vastberadenheid van deze gevangenen. Een emotioneel zeer geladen avond.
Ik ben blij Adel weer te zien, een strijdmakker; Moncef, die onvermoeibaar de Tunesische machthebbers aanklaagt; Radia Nasraoui, een beroemde advocaat uit Tunis die altijd op de bres staat; en nog zoveel anderen…
 
   
prisionniers politiques Aan het spreekgestoelte nemen families die speciaal vanuit Tunesië overgekomen zijn het woord. Het drama van de gevangenen is ook hùn drama.
Een vrouw vertelt over haar man, die al tweeëneenhalf jaar gevangen zit. Als journalist had hij het aangedurfd kritiek uit te oefenen op de politiek in zijn land, en de martelingen aangeklaagd.
 
   
Een vader van 77 jaar geeft informatie over zijn zoon: “Al achteneenhalf jaar is mijn zoon in de gevangenis. In die periode is hij 1100 dagen in hongerstaking geweest. Ik ga elke week naar de gevangenis. Een hele afstand is dat. Als ik aankom wacht ik buiten twee uur, onder de zomerzon, of ’s winters in regen en wind. Ik heb nooit één week overgeslagen. Maar nu is het al zes weken geleden dat ik hem gezien heb. Als ik in de gevangenis aankom stuurt men me zonder uitleg terug. Mijn zoon moet zwaar ziek zijn.” Gebroken door emotie onderbreekt deze vader zijn toespraak.  
   
Een vrouw vertelt van haar broer die gevangen werd genomen toen hij 31 was. Nu is hij al 15 jaar in de gevangenis. Hij werd meerdere malen gemarteld. Deze vrouw zegt duidelijk dat ze niet bang meer is, niet meer van de autoriteiten, van niemand meer. Wie zou haar beletten haar mond te openen?  
   
Een video toont een gevangene die naar huis is mogen gaan om er te sterven. In de gevangenis kreeg hij geen verzorging. Daar laat men hem gaan als de dood nabij is. Dat is de gangbare praktijk.  
   
Als ik het woord neem na die getuigenissen ben ik ontroerd: “Als een regime levens verbrijzelt en mensen kapotmaakt, dan is dat omdat dit regime angst heeft en met alle middelen zoekt om zich in stand te houden. Tunesië is een immense gevangenis geworden voor allen die hun nek uitsteken en de vrijheden en de mensenrechten verdedigen. De bevolking, die bang is, zwijgt en ondergaat. Hoelang nog?”
dictature