Brief van Jacques Gaillot: 1 Januari 2000 

"Safe-Passage" voor Gaza 2000
Archiv
   

Partenia

De brief

Notities

Catechismus

Terugblik

LInk

email

 

"Safe-Passage" voor GAZA 2000

Wat Gaza zo fascinerend maakt, is zijn onderhuidse geschiedenis in tijd en ruimte. Gisteren nog waren hier veroveraars actief.
Tijd van de veroveraars van gisteren : een doorgangsgebied, waar Afrika en Azië met elkaar om streden. Land van specerijen en zand, van palm- en sinaasappelbomen, van tenten die wapperen in de wind.

Vanaf de ruïnes van de Romeinse haven Maioumas in het noorden, aan de zee, voorbij de schaarse betonnen dijken waar nu de visserssloepen in veiligheid zijn, tot in het zuiden, de internationale luchthaven van Tel Aviv in Israël, waarvan de controletoren een heel toepasselijke naam draagt ziedaar in een notendop waarvoor Gaza bestemd is: handel en uitwisseling.

Maar vandaag woont een miljoen mensen opeengepakt in deze Gazastrook. Het trieste record van de sterkste bevolkingsconcentratie ter wereld. En sinds enkele dagen kan men op de grenspanelen in Erez Israëls meest recente bedrieglijke aankondiging lezen: "Safe-Passage" - het staat er in het Hebreeuws, in het Engels, en ondertiteld in het Arabisch (net als op de formulieren die het leger aan de Palestijnen bezorgd voor hun uitreisvergunning).

De opening van de strook naar de westelijke Jordaanoever, op 50 km afstand, heeft tot gevolg dat de militaire aanwezigheid veel sterker geworden is. Er zijn controleposten van het begin tot het einde van die weg, een halte onderweg is onmogelijk. De helrode Palestijnse taxi's, door politiehonden gecontroleerd, stampvol geregistreerde jongeren, vlammen dwars door die nauwe pijp naar hun vaderland dat in twee gedeeld is, op zoek naar familie, op zoek naar werk (men spreekt van 50 % werklozen in Gaza) en welvaart.

Terwijl ik ze zie vertrekken, kijk ik naar mezelf. Ik zou weigeren te vertrekken. Ik zou weerstand bieden tegen deze nieuwe vorm van bezetting van een volk. Ik ben een westerling. Ik ben betogingen gewoon, en de vrijheid om uit te komen voor mijn opinie. Ik kan moeilijk begrijpen dat mensen zich kunnen neerleggen bij die strook vrijheid. Maar de Palestijnen zijn het beu te wachten op de enige echte "safe-passage" naar het jaar 2000, die van veiligheid en vrede voor allen, Israëliërs en Palestijnen.

Ik heb in Gaza nooit eerder zoveel verenigingsleven gezien. Het is een traditie geworden in de Palestijnse samenleving, vooral sinds de harde momenten van de Intifada: rehabilitatiecentra, wetswinkels, cultuurcentra, vakbonden, instellingen, en niet te vergeten, de 150 NGO's (niet-gouvernementele organisaties) die hier aanwezig zijn. Overal staan hun namen te lezen op grote gebouwen en dienstwagens. Er blijkt een reëel dynamisme uit, men treft er iedere keer weer de jonge generatie aan.

Leerkrachten, dokters, advocaten, zakenlui - velen van hen hebben in het buitenland gestudeerd. Zij maken dat de Palestijnse staat hier en nu reeds bestaat, en niet alleen ergens op het oostelijk deel van de planeet Mars! Ze ijveren opdat de ontwikkeling van hun land niet de nieuwe rijken ten goede zou komen, en de onzekere en met schulden belaste levensomstandigheden van de armsten in het kamp niet onveranderd zou laten.

In het zuiden en meer naar het noorden in de Gazastrook zal men in de huizen van de 5000 Israëliërs, verschanst in de nederzettingen, acht dagen lang elke avond een kaars aansteken op een achtarmige kandelaar. Het is het Chanoekafeest dat hier, in Gaza, een al te opdringerige schaduw werpt op 40% van het territorium. Het is het jaar 5760 van de joodse tijdrekening.

In de buurt van de Latijnse en Orthodoxe kerken van de stad steken de 2000 Arabische christenen, afkomstig van Gaza of erheen gevlucht in '48 en '67, een heel kleine groep in de moslimsamenleving, hun lichtjes aan in de kerstboom en bij de kribbe. In dit jaar, een nieuw millennium sinds de geboorte van Jezus in Betlehem, zullen ze zich niet vrij kunnen begeven naar plaatsen waarheen pelgrims uit de hele wereld zullen stromen. Het lied van de engelen "Ere aan God" weerklinkt in hun nacht. Eer aan God die is, die was en die komt bij de mensen, van wie hij houdt. Ze zullen zingen van Jezus, "safe-passage" naar een broederlijke mensengemeenschap. We zijn in het jaar 2000 van de christelijke tijdrekening.

Vanuit het stadscentrum van Gaza, "El balad", voor de eindeloos uitgestrekte bouwwerven die als paddestoelen uit de grond schieten, verwarmen en verlichten geïmproviseerde vuurtjes de mensen bij het vallen van de nacht. Kleurige lantaarns die in de straten hangen kondigen de ramadanmaand aan, die in het leven van steden en dorpen een bijzondere opwinding teweegbrengt. We zijn in het jaar 1560 van de Hegira, de Islamitische tijdrekening.

Licht van het Jodendom, van het Christendom en van de Islam Moge de tijd komen waarin de mensen elkaar als broeders zien in het licht van het gelaat van Abraham, de vader van de gelovigen!

De familie bij wie ik te gast ben verwarmt het huis nog niet op dit moment, zoals vele anderen trouwens, ondanks de eerste winterkou. Gezeten rond de lage tafel zal de hete thee ons dichter bij elkaar brengen en verwarmen. De damp stijgt hoop op uit de kopjes. Zo hoog als de droom van de "Safe-passage" voor Gaza 2000, het recht op nieuw leven.

Deze tekst is van de hand van Georges Vimard. Om het jaar 2000 in te luiden was Georges Vimard zo vriendelijk ons een vredesboodschap te bezorgen. Georges is een bevriend priester die het leven van de Palestijnen in Gaza deelt en er de gevangenen bezoekt. We danken hem om zijn evangelisch getuigenis, het is een licht op onze weg. (Jacques Gaillot)

Top

Partenia

De brief

Notities

Catechismus

Terugblik

Link

email

 

Archiv:

 


Top