De electronische Catechismus: September 2000

  De ziel   
  Archiv   
  Geschiedenis van het Bisdom Partenia, Biografie van Bisschop Jacques Gaillot





Actualite



Archiv

Aide

email

 

Het team dat aan deze catechismus werkt biedt u elke maand twee teksten aan. Suggesties om deze teksten te verbeteren worden met dank aanvaard. We zouden deze catechismus graag zien groeien als iets waaraan we samen bouwen.
Voorstellen voor nieuwe onderwerpen zijn ook altijd welkom.


De ziel

Wat is de ziel? Een echte catechismusvraag! Het antwoord op die vraag probeert in de mens een onderscheid te maken tussen een 'geestelijk' beginsel, de ziel, door God geschapen, en een 'stoffelijk' beginsel, het lichaam, dat van onze ouders komt. Het is duidelijk dat men de mens niet kan verlagen tot de stoffelijke werkelijkheid van zijn lichaam. Het bewustzijn dat hij heeft van zichzelf, zijn denken, zijn willen, zijn vrijheid, zijn voelen - dat alles is van een andere orde dan zijn organen en de functies van zijn lichaam.

We kunnen best begrijpen dat de filosofen van de oudheid de nadruk legden op deze dualiteit in de mens. Dit denken sloeg op zijn beurt zijn stempel op het christendom. In een dergelijk perspectief is de geestelijke ziel zuiver en het lichaam niet, is de ziel de zetel van de meest verheven deugden zoals de wil om vrij te kiezen voor het goede. De ziel moet dan richting geven aan het lichaam, en er zich niet door op sleeptouw laten nemen. De ziel wordt dan immers beschouwd als goed, het lichaam als slecht. Door zijn ziel is het dat de mens op God gelijkt, en daarom is deze ook onsterfelijk, terwijl het lichaam sterfelijk is en de dood het gevolg van de scheiding van lichaam en ziel.

Een dergelijk spreken beantwoordt niet meer aan onze manier van denken of aan onze ervaringen. We weten dat er mensen zijn die hun menselijke mogelijkheden zoals intelligentie en geheugen kwijt zijn, terwijl ze wel degelijk nog in leven zijn. Ook het dierlijk bestaan stelt ons vragen. Wat gebeurt er als dieren sterven? Zouden die ook een ziel hebben? Wij weten meer en meer over hun bewustzijn en hun bekwaamheid tot communiceren. Waar begint het eigene van de mens? En ook in de bijbel is het begrip 'ziel' niet duidelijk omlijnd. De bijbel maakt gebruik van verschillende woorden als hij het over dit onstoffelijke principe heeft: het leven, het hart, de adem… Een ding is zeker: in de bijbel kan men niet spreken van een tegenstelling tussen lichaam en ziel, daar is de mens één.

Misschien moeten we nog een stap verder gaan, en ons afvragen of de vraag zelf over de ziel een goede vraag is? Een mens is immers zijn lichaam. Maar hij is evenmin mens zonder de hersencellen die het denken mogelijk maken. En ook niet zonder zijn geheugen, waardoor hij zijn naasten kan herkennen en kan weten wie hij zelf is. Het lichaam is méér dan een instrument in dienst van een geest die kan denken. En méér dan een omhulsel waarin een ziel steekt. Het lichaam is: mogelijkheid om te communiceren, om met anderen verbonden te zijn, om lief te hebben. Zonder deze bekwaamheid kan men niet spreken van een 'mens'. Dit is duidelijk een andere manier van denken over het menselijk bestaan. De logica van de schepping van een kant-en-klare mens 'uit het niets' moet wijken voor de logica van de evolutie, het proces waarin een mens zichzelf wordt. Een mens bouwt zijn identiteit op door zijn verbondenheid met andere mensen en met de wereld.

Het christelijk geloof is niet tegengesteld aan deze visie op de menselijke persoon. Dit geloof zegt trouwens dat God zelf 'mens' geworden is. God werd vlees en bloed, d.w.z. kreeg een menselijk gelaat en werd helemaal belichaamd in Jezus Christus. Dit lichaam is het dat God, na Jezus' dood op het kruis, tot leven wekt. Daarin schuilt de belofte van onze eigen verrijzenis. Wij geloven, zeggen christenen in het credo, in de verrijzenis van het lichaam. Hoe? Dat blijft een open vraag. Maar de christelijke hoop is wel degelijk de hoop op een verrijzenis van de menselijke persoon in zijn totaliteit.