|
|
- De parabel van Lazarus
en de rijke man
- (Lucas 16, 19-31)
|
- Er is een rijke die in de weelde baadt. Het ontbreekt
hem aan niets. Aan zijn deur een clochard die honger heeft. Hij
is ziek en heeft veel pijn. Tussen beiden geen contact. Bij hun
dood, een omkering van de situatie: de rijke komt terecht in
een plaats waar veel geleden wordt terwijl de arme het geluk
kent. Een afgrond scheidt hen van elkaar. Geen enkele vorm van
communicatie is mogelijk tussen hen.
|
-
- Het is niet de bedoeling van dit kleine verhaal om een
beeld te schetsen van het hiernamaals. Het spreekt van de dringende
noodzaak ons hier en nu te bekeren. Het is vandaag dat we ons
zouden kunnen 'opsluiten' zonder in onze buurt de mens te zien
die in nood verkeert. Als wij toelaten dat er een afstand groeit
tussen ons en de armen, dan zal die afstand blijven bestaan in
het hiernamaals. Nù moeten we kiezen.
-
- In de parabel heeft de rijke geen naam. Hij heeft geen
andere identiteit dan zijn bezittingen. Hij heeft niemand nodig.
Tijdens zijn leven is hij nooit in contact getreden met die de
arme die zich aan zijn deur bevond. Hij heeft hem gezien noch
gehoord. Hij leefde in een gesloten circuit.
- De rijke is alleen. Hij is niet langer op stap. Niets
ontbreekt hem nog. Maar hoe zou hij kunnen leven zonder anderen
te ontmoeten, zonder communicatie? Hij is al dood. De kloof die
hem scheidt van de anderen heeft hij zelf gegraven, een heel
eind voor zijn dood. Heel zijn leven was hij al heel ver van
Abraham, de gastvrije aartsvader.
-
De arme heeft wél een naam: Lazarus. Dat wil zeggen
'God helpt'. De man is niet gezond, heeft niets te eten. Bedelend
en wachtend brengt hij zijn dagen door. Hij keert zich naar de
anderen om in leven te blijven. |
|
-
- In het hiernamaals is er een kloof tussen de rijke en
Lazarus: de kloof die er is wanneer er geen communicatie is.
Deze kloof, die bij leven tussen hen bestond, is onoverbrugbaar
geworden. In de plaats waar hij afziet denkt de rijke, die nu
pas ondervindt wat gebrek is, aan de zijnen en smeekt God: "Als
iemand uit de doden opstaat en naar hen toegaat, zullen ze zich
bekeren."
-
|
Maar het is juist Jezus, de enige die definitief is teruggekeerd
uit de verblijfplaats van de doden, die ons in deze parabel aanspreekt.
Door middel van zijn Geest opent hij voor iedereen de beslissende
tijd. Daarom is het zo belangrijk dat we hen die door het leven
gekwetst zijn niet negeren. |
|