|
|
- De dood van Yasser Arafat:
meer hoop op vrede?
-
|
Kort na de bekendmaking van zijn dood ben ik naar het hospitaal
gegaan om mijn solidariteit te betuigen met de Palestijnen. De
menigte vulde de straat langs het hospitaal. Op de gezichten
stond de emotie en de pijn te lezen. Velen weenden. |
-
- De Palestijnen dankten me om mijn aanwezigheid bij hen.
Ik raakte moeilijk vooruit doorheen de menigte en slaagde erin
tot aan de ingang van het hospitaal te geraken. De
veiligheidsdiensten lieten me door. Men leidde me tot bij de
kist van Arafat.
-
Meerdere keren had ik de Palestijnse leider ontmoet, in Tunis
en daarna in Ramallah. Hij belichaamde de Palestijnse zaak, de
strijd en de hoop van zijn volk. |
|
-
- De kracht van Arafat bestond erin dat hij onafscheidelijk
met zijn volk verbonden was. Hij was hun vader geworden. Dank
zij hem droomt zijn volk van een onafhankelijke staat.
- Arafat zal niet begraven worden in Jeruzalem, maar heel
dicht bij de heilige stad, in Ramallah, een belegerde stad. De
vrede is nog niet voor vandaag. Maar misschien is zij nabij?
Ik bleef een ogenblik stil bij de kist en zag in gedachten Arafat
zijn volk een laatste dienst bewijzen: de vrede naderbij brengen.
-
- De afgevaardigde van de PLO nam me in zijn wagen en begaf
zich met de autoriteiten naar de militaire luchthaven van Villacoublay.
De Republikeinse Wacht hield zich klaar. Yasser Arafat kreeg
de eerbetuigingen van een staatshoofd. Franse soldaten droegen
zijn kist, die helikopters hadden aangebracht. Een mooi symbool!
En een intens emotioneel moment! We hoorden de Palestijnse nationale
hymne. Arabische zenders stuurden de beelden rechtstreeks door
naar Ramallah.
-
|
Daarna werd de kist in de airbus van de Franse Republiek geheven.
De deur ging dicht. Een bladzijde uit de geschiedenis werd omgeslagen. |
De Palestijnen waren tegelijk fier en dankbaar om wat Frankrijk
voor hun president had gedaan. Op de tarmac, verkleumd van de
kou, bracht ik een afscheidsgroet toen het vliegtuig opsteeg
richting Kaïro, met aan boord een olijftak - dat is toch
mijn wens.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ongewenst aan de andere
kant van de Rijn
|
Ik moest naar Duitsland gaan, naar Bonn, om er een conferentie
te verzorgen samen met Eugen Drewermann, een theoloog die bekendheid
geniet in eigen land maar ook daarbuiten. |
-
- Door Rome aan de kant gezet gaat hij door op zijn weg
en zet wat hij zegt om in praktijk. Hij is al heel lang een vriend
en ik zag met vreugde uit naar deze ontmoeting. Maar opnieuw
kreeg ik met spreekverbod af te rekenen. De kardinaal van Keulen
achtte me ongewenst in zijn bisdom. Ik heb mijn reis naar Bonn
afgezegd.
-
- In de kranten kon men lezen: «De aartsbisschop
van Keulen heeft voor de eerste keer in Duitsland gebruik gemaakt
van een artikel uit het kerkelijk recht dat een bisschop het
recht verleent een vreemde bisschop de toegang tot zijn territorium
te verbieden.» Ik betreurde het voor de deelnemers
aan die avond, voor de organisatoren, en voor Eugen Drewermann,
die voor de conferentie alléén stond.
- Ik heb tot hen een boodschap gericht en de wens geuit
dat dit verbod ons zou mogen helpen om nog verder te gaan op
de weg van de vrijheid.
-
- Hoe kan men de vrijheid van het Evangelie verkondigen,
als de brengers van die boodschap zelf die vrijheid niet genieten?
Als de Kerk geen getuigenis aflegt door de manier waarop ze zelf
functioneert, wat kan ze dan nog voorstellen of aanklagen?
|
|
-
- Ik heb al enige ervaring met verbodsbepalingen waarmee
ik in het verleden te maken heb gehad. Zoals al die keren steek
ik over naar andere contreien, want voor het Evangelie bestaan
er geen verboden terreinen.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Een eeuwenoud gif
|
Op een mooie zondagmiddag heb ik in Parijs deelgenomen aan
een betoging tegen racisme, antisemitisme en alle vormen van
discriminatie. Een betoging die al lang gepland was, gezien de
heropleving van het racisme, het terug opduiken van het antisemitisme
en de talloze discriminaties die te maken hebben met sexe of
homofobie. |
Ik hoopte dat er veel volk zou zijn. Wat niet zo was. De
grote massa was niet aanwezig op het rendez-vous. Maar het belangrijkste
is dat wij er dan toch zélf waren.
Het racisme sluimert in elk van ons. Als het in contact
komt met het domein van de uitsluiting kan het wakker worden
en uitbreiding nemen, zoals een brand die alles vernietigt. Wanneer
de sociale onzekerheid en de armoede elkaar kruisen zijn alle
ingrediënten voorhanden en kan het racisme de kop opsteken.
Zoals altijd zoekt men zondebokken.
De stoet met de betogers naderde de Place de la Nation.
Rondom mij had men het over Corsica met die plotse stijging van
uitingen van racisme. Op dit ogenblik maakt men jacht op de Noord-Afrikanen,
opdat ze Corsica zouden verlaten. Maar als ze de Noord-Afrikanen
willen uitsluiten, dan zijn de Corsicanen ook bezig iets van
zichzelf uit te sluiten.
Ik denk dat alle vormen van racisme hun energie putten uit
dezelfde bronnen en dat ze onverminderd moeten bestreden worden.
Van waar ze ook mogen komen. Het is werkelijk een eeuwenoud gif. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
De strijd van Samia
|
Op weg naar de «Chorba», een moslimorganisatie
die maaltijden bereidt voor mensen zonder papieren en andere
behoeftigen, kom ik in de keuken Samia tegen. Ze is er nog maar
korte tijd en ontpopt zich als een buitengewone kokkin. Ze wil
me spreken om me op de hoogte te brengen van haar situatie. |
-
- Haar man liet haar in de steek en is vertrokken met zijn
vijfjarige zoon. Zij blijft achter met een baby van zes maanden
die in de kliniek is opgenomen. Geen inkomen, geen papieren,
geen werk - wat kan van haar geworden? Op de koop toe wordt ze
bedreigd met uitwijzing naar haar land van herkomst. Hoe zou
ze Frankrijk kunnen verlaten terwijl haar kind gehospitaliseerd
moet blijven?
-
- Een geluk voor haar dat de Chorba haar met open armen
heeft ontvangen, als in een gezin. Samia voelt zich niet meer
alleen. Zij kan tegen de moeilijkheden op omdat we met velen
zijn die haar ondersteunen.
- Zachtjes vertrouwt Samia me toe: «Ik vertrouw
er op dat God me niet zal laten vallen. De goede God draagt zorg
voor mij».
|
|
|
|
|
|