|
|
- Op bezoek bij een gevangene
-
|
Zijn Parijse vrienden en zijn advocaat verlangden dat ik hem
een bezoek zou brengen in zijn gevangenis in Viterbo, ten noorden
van Rome. Ik heb het over Paolo Persichetti. Ik had hem verdedigd
in 1995, samen met Abbé Pierre, in het huis van de mensenrechten,
op een gedenkwaardige persconferentie, toen hij bezig was met
een hongerstaking in de gevangenis La Santé. Paolo woonde
toen in Parijs en gaf les aan de universiteit. |
-
- Onverwacht werd hij opgepakt en aan Italië uitgeleverd.
- Zodra ik een machtiging ontving om hem te gaan bezoeken
vertrok ik naar Rome. Vrienden van hem boden me de reis aan.
In Rome, waar het in deze zomerdagen drukkend heet is, had ik
eerst een ontmoeting met de moeder van Paolo: Maria, een heerlijke
vrouw die elke week haar zoon in de gevangenis gaat bezoeken.
Vervolgens nam ik de trein naar Viterbo. Een stoptrein: anderhalf
uur voor 80 km!
- In de wagon waarin ik me bevond stapte een zigeunergezin
op met drie jonge kereltjes, die zeer druk bezig waren. Alle
rust was weg voor de medereizigers! De oudste was fier dat hij
dezelfde voornaam had als ik: "Giacomo". Ik giste dat
we op weg waren naar dezelfde plaats: de gevangenis van Mammagialla.
Deze familie was thuis vertrokken om 5 uur en zou slechts om
18 uur weer thuis zijn. Een lange reis voor één
uur spreekkamer!
- In Viterbo aangekomen moesten we een wagen vinden die
ons kon brengen naar de gevangenis, die zich buiten de stad bevindt.
Eindelijk komen we er aan, in een verlaten oord rijzen de hoge
muren van de gevangenis op.
-
- Na al de gewone controlehandelingen komen we binnen in
een grote spreekkamer. Zes tafels wachten elk op hun gevangene.
|
|
-
- Paolo is de eerste, hij komt binnen met vlugge tred. Hij
is één en al glimlach, je ziet dat hij gelukkig
is. Hij is 42 maar toont zijn leeftijd niet. Ik heb de indruk
dat hij meer in vorm is dan ik.
- Op zeker ogenblik sprak ik hem over zijn mama. Zijn ogen
vulden zich met tranen
De spreekkamer weergalmde van de
gesprekken we konden elkaar maar moeilijk horen. Qua stemvolume
moesten mijn zigeunervrienden voor niemand onderdoen!
- Een politieagent kwam me verwittigen dat mijn tijd om
was. Samen met een vrouw die in de gevangenis haar partner kwam
bezoeken nam ik een taxi.
-
|
Ze vroeg me: "Bent u die gevangene komen bezoeken
omdat hij familie van u is? Uit vriendschap?" - "Nee,"
zei ik, "uit solidariteit." - "Dan is het goed!"
zei ze. |
-
- De volgende ochtend kwam Maria me ophalen om me naar het
vliegveld te brengen.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Huwelijk aan de waterkant
- Brian en Linda wonen al enkele jaren samen. Ze beslissen
te trouwen en wensen dat ik hun huwelijk inzegen. Een huwelijk
aan de waterkant, in volle natuur. Beiden zijn zich ervan bewust
dat het hùn viering is en zorgvuldig bereiden zij het
hele verloop ervan voor.
|
|
-
- Het kader is betoverend. Bij het avondlicht en de klanken
van de muziek zitten we beschut onder de schaduw van de bomen.
-
|
Majesteitelijk stroomt de rivier. Het gezelschap voelt zich
thuis en op het gemak. Voor onthaal hoeft niet gezorgd. De natuur
is van iedereen. |
-
- De gehuwden komen aan, vergezeld van de kinderen. Zij
nemen als eersten het woord. Ze groeten de genodigden, onderstrepen
het belang van de symbolen - het water, het licht, de aarde -
en zeggen iets over de spirituele betekenis van de stap die ze
nu zetten met hun huwelijk.
-
- Daarna komen kinderen, één voor één,
zonder de hulp van een papiertje, en spreken de verlangens uit
die het feest tot een feest maken:
-
|
- Het verlangen van de vogel, dat is de hemel,
het verlangen van de hand, dat is de streling,
het verlangen van het oor, dat is de muziek,
het verlangen van de ogen, dat is de regenboog,
- het verlangen van de lippen, dat is de zoen, het verlangen
van het geloof, dat is het oneindige,
het verlangen van het zijn, dat is God.
Waar het verlangen geboren wordt, daar begint het feest
|
-
- De toon is gezet voor de viering. Ik heb geen albe nodig,
ook geen ritueel. De woorden en de gebaren volgen elkaar in alle
eenvoud op en zijn zinvol. Het evangelie krijgt weer kleur in
dit gezelschap dat met de Kerken geen contact meer heeft.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ontmoeting met Eugen Drewermann
|
De Katholikentag, een grote bijeenkomst van de Duitse katholieken,
vond plaats in Ulm, Baden-Württemberg. Ik vond het leuk
dat ik aan de zijde van Eugen Drewermann mocht spreken op de
openingsconferentie waarvoor veel volk was komen opdagen, onder
wie ook enkele bisschoppen. |
Gedurende tweeëneenhalf uur waren we aan het woord.
Het gevraagde onderwerp: "De toekomst van de clerus".
Ik had liever een belangrijker onderwerp gehad voor de daar aanwezigen
massa.
Eugen Drewermann zag er gelukkig en ontspannen uit. |
|
Ik begon met een woord van dank aan de verantwoordelijken
van de Katholikentag, die de vrijheid hadden genomen om ons beiden
uit te nodigen om het woord te nemen. Dat een institutie zoiets
durft verdient een pluim. Ik zie in Frankrijk nog niet vlug iets
dergelijks gebeuren.
Het werd een mooie ontmoeting. We hebben niet geprobeerd
structuren te veranderen, maar bronnen te doen ontspringen! |
|
|
|