bible
 
De eenheid is er reeds  
   
“Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden.”  
(Mt 19,6)  
   
unité Elk jaar, van 18 tot 25 januari, brengt de Week van de Eenheid de christenen van alle belijdenissen op de been voor tijden van gebed en reflectie. Ze zijn zich ervan bewust dat die zichtbare eenheid onrealiseerbaar lijkt – toch zeker op korte termijn – en leggen daarom het accent op de spirituele en kerkelijke realiteiten die ze gemeenschappelijk hebben, en redenen zijn om onze energie te bundelen met het oog op acties of projecten die we samen kunnen uitvoeren.
 
   
Een hedendaags spiritueel auteur, de Ier James Haggerty, gehuwd en vader, zoekt verder te gaan. Hij inspireert zich op het woord van Jezus “Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden” (Mt 19,6), om uiteindelijk te zeggen: fundamenteel bestaat de eenheid tussen christenen reeds. Het komt erop aan niet te focussen op de droom van een zichtbare eenheid die uniformiteit veronderstelt in de dogma’s en rituelen die men aanhangt, of in de reacties met betrekking tot de wereld…  
   
Verenigd in Christus, inderdaad, dat zijn we werkelijk, en het is op deze realiteit dat we onze aandacht moeten gevestigd houden. Er is slechts “één lichaam en één geest, zoals u één hoop hebt op grond van uw roeping, één Heer, één geloof, één doop, één God en Vader van allen, die boven allen, door allen en in allen is” (Ef. 4,4-5). Wat ons verenigt is zoveel sterker en dieper dan wat ons verdeelt!  
   
“Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden” : Jezus heeft dit gezegd met betrekking tot man en vrouw, verenigd in het huwelijk. Hij antwoordde op een vraag die zijn tijdgenoten hem stelden: “Mag een man zijn vrouw om willekeurig welke reden verstoten?” De Meester verwees de vraagstellers naar de fundamentele eenheid zoals bedoeld van in den beginne. Dit antwoord is ook geldig voor de eenheid tussen de christenen. Inderdaad, Paulus ziet in het huwelijk tussen man en vrouw het symbool van de eenheid tussen Christus en zijn Kerk.  
   
Cène
 
   
“Mogen zij één zijn!” zei Jezus tijdens het Laatste Avondmaal. Het gaat erom slechts één lichaam te vormen. De eenheid is ons gegeven als een voorafgaande genade. De plicht die we hebben is niet ons te verenigen, maar ons niet van elkaar te scheiden.  
   
Deze zienswijze heeft concrete gevolgen. Die eenheid wordt hoofdzakelijk gerealiseerd in de eucharistie die ons bijeenbrengt. Welnu, de eucharistische werkelijkheid is aanwezig in elke van de christelijke belijdenissen, en elke gedoopte kan daarbij aansluiten in om het even welke Kerk, over de verschillende interpretaties en in de loop van de geschiedenis uitgewerkte theologische uitleggingen heen.  
   
Deze verschillende manieren van kijken zijn spijtig genoeg tekens van verdeeldheid en wederzijds onbegrip geworden, maar dat hoeven ze niet te zijn, in die mate dat ze aan weerszijden mensen verhinderen stappen te zetten die tot meer gemeenschap zouden leiden en heilzaam zouden zijn voor het hele Lichaam van de Kerk.  
   
De ervaring toont het ons: als verloofden zouden wachten met trouwen en samenwonen tot ze het over alles eens zijn, dan zouden ze nooit aan trouwen toe komen! Om zich te verenigen volstaat het dat ze akkoord gaan om hun eenheid te voltrekken… Vervolgens zullen ze die eenheid kunnen beleven en verrijken met hun verschillen… Vanaf dan bestaat eenheid erin, dat ze hetzelfde brood delen en eten. Willen we eenheid? Dan kunnen we beter onze manier van kijken veranderen, die ons de intercommunie doet beschouwen als het eindpunt in een dialoog tussen christenen, en niet als het middel om die eenheid tot stand te brengen!  
   
eucharistie
 
   
Ons laten verzoenen door middel van de eucharistie, door de gedachtenis te vieren van Hem die zijn lichaam voor ons heeft overgeleverd, opdat wij één zouden zijn in Hem! Paulus herinnert ons eraan in zijn Eerste Brief aan de Korintiërs, 11,17-34. Voor hem komt het erop aan de scheidingen te doen zwijgen tussen welgestelden en zij die honger hebben, het hart van mensen vrij te maken voor een waarachtig en duurzaam delen. Op die manier wordt de communie – die altijd op een of andere wijze een vorm van intercommunie is – de plaats van de eenheid onder de christenen.